Je wilt zelf het diafragma instellen. Verder dan de term ben je niet gekomen. Je hebt genoeg vragen. Wat is diafragma? Hoe werkt het? Waarvoor gebruik je het? Hoe bepaal je het juiste diafragma? In dit artikel geven we antwoord op al deze vragen.
Diafragma | Het F-getal | Belichting | Scherptediepte | Fotograferen
Het diafragma is de opening van de lens. Het is opgebouwd uit meerdere lamellen die verschuiven. Hiermee maak je de lensopening groter of kleiner. Zo bepaal je hoeveel licht op de sensor van je camera valt.
Net als je ogen
Het is te vergelijken met de pupil van je oog. In een verlichte omgeving is je pupil klein. Je vangt zo precies genoeg licht op voor een helder beeld. In een donkere omgeving zijn je pupillen juist groter. Er komt meer licht binnen. Zo is er zelfs in een minder belichte ruimte genoeg te zien.
De grootte van de lensopening wordt weergegeven met een getal: het F-getal. Wil je het diafragma instellen? Dan verander je het F-getal. Hoe lager het F-getal, hoe groter de lensopening. Hoe hoger het F-getal, hoe kleiner de lensopening.
Of jouw foto overbelicht, juist belicht of onderbelicht is, hangt af van de lensopening (oftewel het F-getal). Hoe groter deze is, hoe meer licht er binnenkomt. Hoe kleiner, hoe minder licht er binnenkomt.
Naast diafragma spelen sluitertijd en ISO ook een rol. Samen vormen ze de belichtingsdriehoek. Hiermee leg je het licht vast dat op jouw onderwerp valt.
Het bepaalt ook de scherptediepte van jouw foto. Bij een grote lensopening creëer je weinig scherptediepte. Je laat jouw onderwerp uit de omgeving springen. Wil je meer van de omgeving laten zien? Dan wil je veel scherptediepte en kies je voor een kleine lensopening. Door te spelen met scherptediepte leidt je dus jouw kijker naar het onderwerp dat jij belangrijk vindt.
Je bent bekend met de term. Nu wil je gaan fotograferen met diafragma. Alleen vraag je je af welke je moet kiezen. Dit ligt aan wat je wilt fotograferen. Hoe licht de omgeving is. Maar ook waar je de focus op wilt leggen.
Bij portretfotografie wil je de aandacht leiden naar jouw onderwerp. Je wilt dat deze loskomt van de achtergrond. Ook wil je niet dat jouw kijker wordt afgeleid. Daarom kies je bij portretfotografie voor een laag F-getal.
Bij macrofotografie verschilt het diafragma enorm. Wil je een bloem fotograferen met een wazige achtergrond? Dan kies je vaak voor een laag F-getal. Wil je een klein insect scherp op de foto? Dan kies je juist voor een hoog F-getal.
Bij landschapsfotografie wil je zowel de voorgrond als achtergrond scherp in beeld. Er is dus sprake van veel scherptediepte. Daarom kies je bij landschapsfotografie voor een hoog F-getal. Zo breng je het landschap wijds in beeld.
Meer fotografietips nodig?
Bekijk ook eens deze pagina's vol fotografietips: